In deze multicenter gerandomiseerde klinische trial rekruteerden onderzoekers tussen november 2021 en december 2024 in vijf ziekenhuizen in de VS, Canada en Australië in totaal 200 volwassenen met persistent boezemfibrilleren of atriale flutter (snelle ritmestoornis in de boezems) en een geplande elektrische cardioversie. De gemiddelde leeftijd bedroeg 69 jaar en 71% van de deelnemers was man. Alle proefpersonen dronken aanvankelijk koffie; de mediane consumptie bedroeg 7 kopjes per week.

Deelnemers randomiseerden 1:1 naar twee groepen: één groep bleef dagelijks minimaal één kopje cafeïnehoudende koffie drinken, de andere groep stopte volledig met koffie en andere cafeïnehoudende producten. De interventiegroep hield een mediane consumptie van 7 kopjes per week aan, tegenover 0 kopjes in de onthoudingsgroep. Na zes maanden analyseerden de onderzoekers het aantal recidieven van boezemfibrilleren of atriale flutter.

De resultaten tonen dat 47% van de koffieconsumptiegroep opnieuw fibrilleren of flutter ontwikkelde, tegenover 64 % in de onthoudingsgroep. Het aantal ernstige bijwerkingen verschilde niet significant tussen de groepen.

De onderzoekers concluderen dat bij patiënten met persistent atriaal ritme een regelmatige inname van cafeïnehoudende koffie geassocieerd is met een lager risico op terugkeer van aritmie, en stellen dat koffieconsumptie overwogen kan worden in de klinische praktijk.

De studie kent beperkingen. De follow-upduur beperkte zich tot zes maanden, waardoor langeretermijngevolgen onduidelijk blijven. Alle deelnemers hadden persistent boezemfibrilleren, dus geen korte aanvallen. De bevindingen gelden dus niet automatisch voor nieuwe of aanvalsgewijze vormen. Bovendien handhaafden deelnemers zelf hun koffieritme. Daardoor is niet helemaal zeker of iedereen zich precies aan de aanwijzingen hield.