Op 18 september vond het 32ste Orthica Health Science Congres plaats in Flint Amersfoort onder voorzitterschap van hoogleraar zingeving, leefstijl en geestelijke gezondheid Rogier Hoenders. Met ruim 350 deelnemers, zowel fysiek als online, bood deze dag een diepgaand inzicht in leververvetting als centrale metabole aandoening.
Het congres belichtte de complexe samenhang tussen metabole dysfunctie, de biologische klok en praktische preventiestrategieën.
Steatotische leverziekte
Dr. Onno Holleboom, internist-endocrinoloog in het Amsterdam UMC, opende met alarmerende cijfers: een kwart van de Nederlanders kampt met leververvetting, een tienvoudige toename in slechts tien jaar. Hij benadrukte het belang van het denken in een ziektespectrum: van simpele leversteatose (leververvetting) via steatohepatitis tot leverfibrose en uiteindelijk cirrose met risico op levercarcinoom. Hij stelde dat leversteatose geen stigma is dat automatisch om een medicamenteuze aanpak vraagt. ‘Het is veel meer reversibel dan we denken, vooral met leefstijlinterventies’, aldus Holleboom.
De diagnostiek vereist een combinatie van methodes: echografie mist een deel van de gevallen, de FIB-4 (Fibrosis-4 index) -score is leeftijdsafhankelijk en kan ouderen overschatten en de ELF (Enhanced Liver Fibrosis) -test is relatief kostbaar. Vibration-controlled transient elastography (FibroScan) geldt internationaal als standaard vanwege de bewezen prognostische waarde, al is er momenteel slechts één aanbieder.
Holleboom wees verder op het cruciale belang van systematische screening, vooral omdat de lever – in tegenstelling tot andere eindorganen – een centrale metabole rol speelt. Hij pleitte voor een betere samenwerking tussen eerste en tweede lijn om deze 'stille epidemie' effectief aan te pakken.
Biologische klok
Dr. Joëlle Oosterman, obesitasarts bij het Erasmus MC, presenteerde een fascinerend perspectief op de rol van de biologische klok bij metabole gezondheid. Ze legde uit hoe onze interne klok, geëvolueerd over miljoenen jaren, verstoord raakt door moderne leefgewoonten. ‘We respecteren die klok steeds minder’, aldus Oosterman. ‘Bijna 40% van de beroepsbevolking werkt onregelmatig, wat leidt tot een constante sociale jetlag.’ Haar onderzoek toonde aan dat het hongergevoel ’s avonds om 20:00 uur piekt en ’s ochtends om 08:00 uur het laagst is. Dit verklaart mede waarom laat snacken zo hardnekkig is. Ze waarschuwde voor de metabole gevolgen van verstoorde circadiane ritmes, met name de impact op insulinegevoeligheid en levermetabolisme. Daarnaast wees ze erop dat obesitas veel meer is dan een kwestie van leefstijl. Stigma maakt de behandeling extra lastig, terwijl biologische factoren als epigenetisch geheugen en chronische stress het lichaam aanzetten om overgewicht vast te houden, met name via ophoping van visceraal vet. En dat vet functioneert als endocrien orgaan dat hormonen en ontstekingsbevorderende stoffen uitscheidt en is geassocieerd met meer dan tweehonderd ziekten. Oosterman gaf een praktische tip voor de spreekkamer: vraag de patiënt om toestemming om gewicht te bespreken. Zelfs als het antwoord niet direct ‘ja’ is, komt de patiënt er vaak later op terug.
Darm-lever-as
Femke van Doesburg, expert in preventieve leefstijltherapie en auteur, verdiepte zich in de cruciale rol van de darm-lever-as bij het ontstaan en behandelen van leververvetting. ‘Zonder aandacht voor de darm is het dweilen met de kraan open’, benadrukte ze. Van Doesburg legde helder uit hoe een verstoorde darmbarrière ('leaky gut') leidt tot een influx van ontstekingsstoffen zoals LPS (lipopolysachariden) en TMAO (Trimethylamine-N-oxide) naar de lever via de poortader. Deze bidirectionele relatie tussen darm en lever is essentieel voor begrip en behandeling.
Van Doesburg vroeg daarnaast aandacht voor het belang van vroegtijdige herkenning van risicopatiënten. Kenmerkend is niet alleen overgewicht, want het kan ook gaan om het slanke fenotype met buikvet; daarnaast klachten zoals vermoeidheid, stemmingsproblemen, hypertensie of darmklachten. In het lab kunnen verhoogde triglyceriden, ALAT en insuline, en soms afwijkingen in het darmmicrobioom, richtinggevend zijn. Voor de praktijk adviseerde zij systematische screening op buikomvang, voeding, stress en slaap.
‘De kracht van preventie ligt in het mensen laten begrijpen wat hun eigen rol is. Als je ze de regie teruggeeft, kunnen ze zelf het verschil maken.’ Daarbij luidde haar advies: eet niet de hele tijd en focus op vers, onbewerkt voedsel.
Therapeutische koolhydraatbeperking
Internist Yvo Sijpkens (Haaglanden Medisch Centrum) bracht een gepassioneerd pleidooi voor therapeutische koolhydraatbeperking (TKB) als effectieve behandeling voor metabole dysfunctie en leversteatose. Met aanstekelijk enthousiasme schetste hij hoe insulineresistentie aan de basis ligt van het probleem. ‘Voor de diagnose van diabetes type 2 is er al een lange stille schreeuw van de lever’, aldus Sijpkens. Hij presenteerde TKB als een internationaal erkende interventie die de grondoorzaken aanpakt: het verlaagt effectief insulinespiegels, remt ontstekingen en activeert vetverbranding. De Virta Health studie, die patiënten tot vijf jaar volgde, toonde indrukwekkende resultaten met remissie van niet alleen diabetes, maar ook van Metabolic Dysfunction-Associated Steatohepatitis ofwel MASH. Sijpkens benadrukte het belang van gedragsverandering: ‘We moeten van patiënten naar 'actiënten', wat betekent dat mensen zelf de regie nemen.’ Daarbij wees hij er terecht op dat het cruciaal is om stil te staan bij het waarom: waarom eten mensen verkeerd en teveel? Vaak liggen emotie, eenzaamheid of trauma ten grondslag aan overgewicht.
Integrale benadering
Anne van Veen, integrale voedingstherapeut, sloot de dag af met een verfrissende kijk op leververvetting vanuit de Traditional Chinese Medicine (TCM). Haar integrale aanpak combineert westerse diagnostiek met TCM-principes.
Ze vroeg het publiek twee kernbegrippen te onthouden: Wei en Chi, begrippen die in de TCM de spijsverteringsenergie en vitale levensenergie aanduiden. Ze besprak het samenspel tussen leverstagnatie en leverhitte en hoe complex die relatie kan zijn.
Van Veen benadrukte dat patiënten zelden binnenkomen met de klacht ‘ik heb leververvetting’. Een goede anamnese en aanvullende diagnostiek, zoals laboratoriumonderzoek, darmmicrobioomanalyse en het gebruik van een ‘leverpaspoort’, kunnen daarbij waardevolle inzichten geven.
Van Veen presenteerde praktijkcases waarin ze liet zien hoe emotionele factoren, voedingspatronen en constitutionele kenmerken samenhangen met leverproblematiek. Daarnaast gaf ze praktische adviezen, zoals het gebruik van een Römertopf om voedingsstoffen te behouden bij de bereiding van maaltijden en het toepassen van een zogenoemde squatty potty (poepkrukje), waarmee de knieën hoger dan de heupen komen te staan om de stoelgang te vergemakkelijken. Haar boodschap: ‘Klein beginnen maakt het grootste verschil. Stapje voor stapje heeft een cumulatief effect.’
Praktische implicaties
De boodschap was helder: we bevinden ons in een metabole gezondheidscrisis die een fundamentele verandering in denken en handelen vereist. Van symptoombestrijding naar preventie, van monodisciplinair naar integraal, van passieve patiënt naar actieve 'actiënt'. Het goede nieuws: we hebben krachtige tools in handen. Door vroege signalering, holistische aanpak en focus op leefstijl kunnen we deze stille epidemie het hoofd bieden. Voor de aanwezige professionals een inspirerende oproep om samen het verschil te maken.